Ecovention Europe

pieter van bogaert

pieter@amarona.be

Groen kijken

‘Ecovention Europe’ in De Domijnen

voor H-art, 2017

Vijftien jaar geleden bedacht Sue Spaid met haar toenmalige collega Amy Lipton de term ‘Ecovention’: een samentrekking van ‘ecology’ en ‘invention’. Ze gebruikten het als titel voor hun tentoonstelling in Cincinnati in 2002. Vandaag woont en werkt Spaid in België (ze schrijft regelmatig ook voor H-art) en presenteert ze ‘Ecovention Europe’, een tentoonstelling en een boek voor de Domijnen in Sittard.

De volledige titel van de nieuwe tentoonstelling is ‘Ecovention Europe: Art to Transform Ecologies, 1957-2017’. Naast de regionale en de historische insteek zit er een duidelijke agenda achter: tonen hoe kunst het ecologische bewustzijn transformeert, aanscherpt, stuurt. De kunstenaar als geëngageerde burger.
Spaid’s Europese geschiedenis begint in 1957 met ‘Natuur en Kunst’, de tentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Van daar gaat het verder naar figuren als Joseph Beuys, wiens artistieke nalatenschap blijft doorwerken bij actuele kunstenaars. Beuys verstond als geen ander de kunst om mensen te betrekken bij zijn projecten. Onder het motto “iedereen is een kunstenaar”, verzamelde hij tientallen medestanders om samen de bossen schoon te borstelen of om zevenduizend eiken te planten, niet enkel in Duitsland, maar ook elders in Europa. Dat samenwerken is volgens Spaid één van de essentiële kenmerken van ecoventions: geen van deze kunstenaars werkt alleen.
Plezier is een belangrijke factor in dat samenwerken. Dat wordt onmiddellijk duidelijk bij het begin van de tentoonstelling. Cecylia Malik toont er enkele van de artefacten die ontstonden tijdens verschillende gemeenschapsprojecten. Met een gigantische waterval van stof op het centrale plein van Krakau kaart ze de vervuiling van de rivieren in haar stad aan. Om de biotoop van trekvlinders te beschermen verzamelt ze tientallen burgers voorzien van eigengemaakte vlindervleugels. Als kind van haar tijd kan ze overweg met sociale media: haar ‘Critical Water Mass Festival’ is sinds 2012 een jaarlijks evenement waarbij tientallen burgers in bootjes, op luchtmatrassen, op vlotten gemaakt van plastic flessen, surfplanken of kajaks de rivieren van de stad opgaan.
Vrolijke acties als deze zijn het inventieve antwoord op de schuldvraag die nog te veel meespeelt in ecologische discussies. Het is deel van de term antropoceen die vandaag gebruikt wordt voor het tijdperk waarin het klimaat verandert onder invloed van menselijke activiteit. De term legt de schuld bij de mens. Vraag is alleen: welke mens is hiervoor verantwoordelijk? En welke mens is hier het slachtoffer? Die onmogelijk te beantwoorden schuldvraag werkt verlammend. Malik’s optimisme om iets te veranderen – en haar mantra: “defend beauty with beauty” – werkt aanstekelijk.

Hier
Ook duidelijk uit Malik’s acties: de wereld veranderen start hier. Ecoventions ontstaan lokaal. Dat gaat niet altijd vanzelf, zoals blijkt uit deze tentoonstelling. Aan de ingang hangen affiches van ‘botanoadopt’, een project van het 431art: zij protesteren tegen het feit dat hun planten niet toegelaten worden tot het museum. Planten brengen insecten mee en veranderen de luchtvochtigheid en kunnen daardoor schadelijk zijn voor de tentoongestelde kunstwerken. De enige levende planten in deze tentoonstelling zijn de broccoli van Vera Thaens: veilig en hermetisch afgesloten onder de trap. Je kijkt er zo over en dat is misschien ook de bedoeling. Deze plantage is illegaal: een protest tegen het broccolipatent van Monsanto. Het heeft iets van een clandestiene wietkwekerij.
Ecoventions, dat gaat over anders kijken en anders tonen. Als Nicolas Garcia Uriburu in de jaren zeventig een fontein op Trafalgar Square, een dok in de haven van Antwerpen of (samen met Beuys) de Rijn in Dusseldorf groen kleurt, dan is dat om ons anders naar dat water te doen kijken. Als kunstenaar-bioloog Brandon Ballengée veldwerk doet in vijvers en moerassen rond Sittard komt hij tot de schokkende vaststelling dat vijfennegentig procent van de amfibieën vervormd is door virussen en andere vervuiling.
Het gaat over leven en samenleven. Czekalska + Golec tonen twee heiligenbeelden waarin ze de houtworm zijn werk laten doen. Annemarie Maes toont een lege bijenkorf waar wasmotten de oorspronkelijke bewoners uitroeiden.
Het gaat over grenzen. Spaid kiest er expliciet voor om geen nationaliteiten te vermelden bij de namen van de kunstenaars. In het boek gebruikt ze consequent de originele plaatsnamen en geen vertalingen ervan. De Europese kaart op de cover van het boek toont geen nationale grenzen, net als de kaarten (in de tentoonstelling) van Harrison Studio. Tegelijkertijd toont Ecoventions het belang van grenzen in de actuele ecologische uitdagingen. Ecologie overstijgt de grenzen. Maar de grenzen, dat is ook waar belangrijke ontwikkelingen plaatsvinden, waar verschillen samenkomen, waar biodiversiteit ontstaat.
En dan is er nog de ondergrens. Hoever moeten / kunnen we gaan? Hoe nodig is deze tentoonstelling? en dit boek? De tentoonstelling eindigt met een portie zelfkritiek in Kinga Kielczynska’s reductionistisch kunstmanifest en enkele toeschouwers voor een witte muur. Het boek sluit af met een uitleg van de vormgever over zijn ecologische aanpak. Kleine gebaren met grote gevolgen.



‘Ecovention Europe: Art to Transform Ecologies, 1957-2017’. Tot 7 januari in de Domijnen, Sittard. Di-zo, 11-17u. Het gelijknamige en rijkelijk geïllustreerde boek van Sue Spaid telt 310 pagina’s en is verkrijgbaar in het museum. ISBN 978-90-75883-56-5. www.dedomijnen.nl