Rue des chevaliers n°9

pieter van bogaert

pieter@amarona.be

Rue des chevaliers n°9

(voor DWB– 2000)

’s Namiddags zat er een berichtje van M. in de mailbox: “salut p., ce soir concert de felix kubin, rue des chevaliers n° 9, si t’as envie de venir.”

Ik had toch niets anders gepland die avond, dus ja: graag. Ik had daarenboven de avond voordien nog aan Felix Kubin gedacht toen ik door mijn cd’s struinde. Ik was zelfs nog gaan zoeken op het net naar meer info en MP3’s van de muzikant. Deze uitnodiging kwam dus wel op het juiste moment. Dit was geen toeval, maar wel een goed teken.

Enkele weken daarvoor had ik al gehoord van het pand aan de rue des Chevaliers. Ik wist dat er in de kelder nog andere parties en optredens werden georganiseerd, maar wist niet dat M. er iets mee te maken had. Vandaag weet ik nog steeds niet wie er allemaal achter zit. Ik weet alleen dat ik er het laatste feestje heb meegemaakt. Ik weet nu ook dat er niet enkel gefeest werd in de rue des Chevaliers, maar dat er ook nog een vijftiental krakers woonden. Dat ze er al een jaar hun intrek hadden genomen. En dat ze net hun uitwijzingsbericht hebben ontvangen. Op het moment dat u dit leest staat het huis opnieuw leeg. Misschien ligt het al tegen de grond.

De rue des Chevaliers is een zijstraatje tussen de Guldenvlieslaan en de Louizalaan. Het maakt deel uit van het huizenblok achter de Naamsepoort. Ik herinner me nu ook enkele artikels uit de krant over acties van buurtbewoners tegen de plannen van een Brusselse bouwpromotor die de hele buurt wilde platgooien om er een nieuw winkel-kantoor-bioscoop complex te bouwen. De nabij gelegen (en pas gerestaureerde!) UGC bioscopen zouden er ook in worden ondergebracht. Op dit soort megalomane bouwprojecten zit geen kat te wachten. Behalve de zakenmensen die verder niks met de stad te maken hebben. Een boeiend stuk Brusselse cultuur dat ik veel te laat ontdekt heb, gaat verloren door een stuk Brusselse cultuur dat ik maar al te goed ken, maar veel te laat wil (h)erkennen. In de rue des Chevaliers mogen ze nu opkrassen. Maar soit, die vinden wel weer wat anders terwijl de grootsteedse ondernemers de wijk overnemen. De stad is aan de chevaliers de la rue.

***

Felix Kubin is een muzikant uit Hamburg. Een singer-songwriter zoals Gainsbourg er een moet geweest zijn lang voor hij zijn eerste plaat uitbracht. Persoonlijk, ongeremd, grappig en sexy. En bevriend met L., een Brusselse muzikant zoals Gainsbourgh er een moet geweest zijn lang voor hij zijn eerste plaat uitbracht. L. nodigde hem – terwijl hij toch in de buurt was voor een concert in de Gentse cultuurtempel Vooruit – uit voor het concert in de Brusselse kelder.

Ik heb gehoord dat de zaal er nogal verlaten bijlag de dag nadien in de Vooruit. Ik ben eerlijk gezegd blij dat ik er niet bij was. Want dit is muziek om met respect te behandelen. Van heel dichtbij, op een bijna persoonlijk niveau. Geen muziek om op een piëdestal te plaatsen in een ‘kunstencentrum’. Veel van dit soort dingen werken enkel via niet-institutionele kanalen en dreigen te worden platgewalst door gulzige cultuurmastodonten. Dit is niet het soort muziek dat je hoort op Studio Brussel, maar wel op FM Brussel. Net zoals mijn goede vriend en favoriete dj M. geen programma heeft op Radio 21, maar wel op Radio Panik. Dit soort muziek verspreidt zich via de kanalen van de micromedia. Via de vrije radio’s en het internet. Media die geconsumeerd en geproduceerd worden door wie dat wil. Media waar je – in tegenstelling tot de MTV’s, de VTM’s of zelfs de Klara’s van deze wereld – niets van hoort als je dat niet wil. Dit zijn media waar je om moet vragen en waar kijk- en luistercijfers geen rol meer spelen. Enkel de inzet van de makers en de luisteraars telt.

Deze muziek gaat van hand tot hand. Uitgebracht op kleine labels. Verkocht in kleine winkels. Besproken in kleine media. M. maakt al jaren cassetjes die hij verdeelt onder zijn vrienden. Zelf gemixte tapes die verkocht worden voor de prijs van de cassette. Enkele maanden geleden heeft hij ook een cd uitgebracht. Zijn groep heet ‘Everybody’s Jabitudliki’. Met tweeën spelen ze alle instrumenten en zijn vriend zingt ook alle liedjes. De cd is uit op Pneu, het label van H. en D. – H. is degene die de drank verkocht in de rue des Chevaliers, D. draaide de platen. Samen hebben ze ondertussen al drie cd’s uitgebracht. De eerste is van D. zelf en N., de vriendin van H.. De laatste pneu-cd is van Ich Bin, een hardcore punkgroep uit Mulhouse en … vrienden van H..

Meer moet dat toch niet zijn? Gewoon wat vrienden en de vrienden van die vrienden. Een parallelle wereld waarin niemand behoefte heeft aan een structuur. Als de platen maar met liefde gemaakt en beluisterd worden. Hier draait alles rond respect en niet rond geld. Elke cd van Pneu wordt met veel liefde en met de hand gemaakt. Soms kan je hem kopen op bijeenkomsten als deze. Maar anders kan je ze slechts bekomen door ze persoonlijk te bestellen bij H. en D. De hoesjes worden een voor een geprint en de cd’s worden gebrand op dezelfde computer. De tekening wordt naderhand met de spuitbus op de cd gespoten. Allemaal bij H. en D. thuis. Het kan allemaal dankzij de micromedia. Om maar te zeggen hoe lichte en goedkope media als radio, computer of internet mensen dichter bij elkaar brengt. Zonder winkels of reclame, zonder grote budgetten en overvloedige stocks. Zo kan het ook en zo voelt niemand zich bekocht.